Deze blog schrijf ik enigszins uit boosheid. Boos ben ik op de arts van de huisartsenpost (HAP) waar ik me op zondagmiddag meldde. Maar boosheid mag geen reden zijn om deze blog te schrijven. Dus voer ik als argument aan dat ik hoop dat wij er allemaal iets van kunnen leren. Wat wil ik dat we ervan leren? Dat goede informatie aan de zorgvrager o zo belangrijk is. Al lijkt het logisch en overbodig om te vertellen. Na het lezen van mijn ervaring denk ik dat het voor een ieder herkenbaar en duidelijk is.
Het volgende was het geval.
Tijdens een wandelingetje kreeg ik acuut pijn in mijn oog. Even dacht ik dat mijn lens niet goed zat of dat er wat vuil in mijn oog gewaaid was. Spoelen met water en reinigen met tissues gaf geen verlichting.
Toen de pijn steeds erger werd heb ik naar de huisartsenpost gebeld en daar mocht ik me een uurtje later melden. Daar aangekomen was de pijn zo erg dat ik liep te huilen.
De dienstdoende huisarts verdoofde mijn oog en inspecteerde het met een daarvoor gemaakte lamp. Naar mijn idee deed ze dat vluchtig.
Ze leek de diagnose al snel te hebben gesteld: er was niets te zien en er zal waarschijnlijk zand in het oog gewaaid zijn.
Daarom gaf ze me een oogzalf en dekte mijn oog af met een oogverband. Deze mocht ik bij thuiskomst naar wens verwijderen en eventueel kon ik nog een keer een beetje zalf op mijn oog aanbrengen. Zo nodig mocht ik paracetamol innemen. En als het helemaal niet meer ging, dan kon ik weer terugkomen.
Onderweg naar huis voelde ik de pijn alweer snel opkomen. Thuis aangekomen heb ik pijnstilling genomen, het oogverband verwijderd en een beetje zalf aangebracht. Als ik mijn oog open had leek dat verkoeling te geven en was de pijn draaglijk. Maar zodra ik het oog sloot was het als of er met een mes in gestoken werd.
De pijn en daarmee de paniek nam zo’n heftige vorm aan dat ik na telefonisch overleg met de huisartsenpost me weer mocht melden.
De huisarts kwam in de wachtkamer naar me toe lopen en reageerde geïrriteerd ‘dat ik nog maar net weg was. Dat zij niet méér voor me zou doen dan de zalf opnieuw aanbrengen. En dat een ontstoken oog nou eenmaal erg pijnlijk was. En de volgende ochtend vanaf 8 uur mocht ik bellen om een afspraak te maken bij de oogarts’. Er ging veel door mijn hoofd: ‘ontstoken? huh….er zat toch zand in? En hoe kom ik de nacht door als de pijn bij het sluiten van het oog zo ondraaglijk is. Ik werd bang dat ze niet goed genoeg gekeken had en dat ze iets over het hoofd gezien moest hebben. Iets wat niet duidelijk zichtbaar was. Een ontsteking kon immers nooit zo gruwelijk pijnlijk zijn.
Maar door de pijn en de paniek had ik niet de rust om uitleg te vragen. Gefrustreerd en teleurgesteld omdat ik me niet gehoord voelde toog ik weer naar huis.
Maar na een paar uur huilend en kronkelend van de pijn te hebben doorgebracht, proberend om mijn oog open te houden ondanks de vermoeidheid, besloten mijn man en ik om ons te melden op de spoedeisende hulp. We zagen geen andere uitweg.
Daar nam men mij meteen serieus. Mijn oog werd eerst verdoofd en daarna luisterde men rustig naar mijn hele verhaal. Vervolgens werden mijn beide ogen heel nauwkeurig onderzocht, waarbij de chirurg in opleiding de tijd nam om uitgebreid uitleg te geven.
Ik hoopte vurig dat hij iets zou kunnen vinden dat de pijn zou verklaren en nog belangrijker, dat hij de pijn zou kunnen wegnemen door het op de juiste manier te behandelen.
De dienstdoende arts zag veel erosie in mijn ene oog, maar hij wist niet of dat de heftige pijn zou kunnen verklaren.
Na overleg met de oogarts nam hij de tijd om me duidelijk en uitgebreid uitleg te geven.
Er zat nu niets in het oog maar mogelijk had er iets in gezeten, of het oog was ontstoken.
Dergelijke heftige pijn kan daar bij passen. Het belangrijkste en naar verwachting het meest effectief is om de eerder gekregen oogzalf er zo dik mogelijk op te doen. En om het oog daarna zo goed en zo lang mogelijk af te sluiten.
Ik was gerustgesteld, al was het alleen maar omdat ik het gevoel had dat er goed en serieus gekeken was.
Door onvoldoende en mogelijk ook verkeerde instructies op de HAP was ik niet goed om gegaan met mijn klacht. Mogelijk daardoor was de pijn niet minder geworden.
Ik volgde de instructies op en de pijn werd geleidelijk aan minder. Ik denk dat mij veel ellende en een bezoek aan de spoedeisende hulp bespaard was gebleven als ik meteen voldoende geïnformeerd was.
Daarom maak ik dankbaar gebruik van dit medium om jullie als zorgverleners een stuk bewustwording mee te geven dat het luisteren naar de zorgvrager en het geven van goede informatie een belangrijk onderdeel is van onze zorg.
En wat voor mij een bijkomend voordeel is: mijn boosheid is een stuk minder nu ik het van me heb afgeschreven!
Annemiek Mooij, bestuurslid WCS Kenniscentrum Wondzorg
Reageren: klik hier