Afgelopen maand komt er een 58-jarige vrouw op het spreekuur van de wondpoli. In de verwijzing van de huisarts staat dat mevrouw sinds drie maanden twee oppervlakkige wondjes aan haar linker voet heeft, een op de hiel en een op de kleine teen. Mevrouw rookt vanaf haar 16e jaar en is verder bekend met hypertensie en fibromyalgie. De huisarts verdenkt mevrouw van arterieel vaatlijden, dus worden eerst de enkel-armindex en de teendrukken gemeten door de vaatlaborant.
Uit dit onderzoek blijkt dat de doorbloeding in het linkerbeen en de linkervoet is verminderd (de teendruk is 77 mmHg), maar voldoende moet zijn voor het genezen van de wondjes.
De wondjes zijn ongeveer 1 – 1,5 centimeter groot met eelt rondom de wondjes en een granulerende wondbodem. Na inspectie van de wondjes kijk ik tijdens het eerste polibezoek of de wondjes ontstaan kunnen zijn door het schoeisel. Mevrouw draagt modieuze enkellaarsjes. Zij vertelt dat ze de laarsjes al langer heeft en ze altijd draagt, ook bij het uitlaten van de hond. Doordat zij wondjes heeft gekregen, heeft zij de laarsjes binnenshuis al wat vaker uit. Hierdoor vindt mevrouw zelf dat de wondjes al weer wat beter worden. Ik kijk naar haar beide voeten en zie dat de linker voorvoet iets breder is dan de rechter. Om vast te stellen of de voeten genoeg ruimte hebben in de schoenen leg ik de rechterschoenzool op de onderkant van de linkervoet. Ik constateer dat de schoen te smal is, de voorvoet komt buiten de schoenzool uit. Mevrouw kan het eigenlijk bijna niet geloven, want de laarsjes zitten zo fijn … , en ze heeft nooit ergens last van gehad. Ik bespreek mijn bevindingen met de vaatchirurg.
Mevrouw krijgt van de vaatchirurg het advies om bredere schoenen met veters te dragen zodat de voeten meer ruimte krijgen in de schoenen. Hierdoor kunnen de wondjes genezen en kan dit tevens preventief werken, d.w.z. om een volgend wondje te voorkomen. Tevens geeft de vaatchirurg het advies om te stoppen met roken, aangezien de vaatstatus verminderd is. Mevrouw geeft aan dat ze dat moeilijk vindt; ze heeft al meerdere pogingen gedaan, ook met hulp van de huisarts en het gebruik van nicotinepleisters. Dit heeft helaas nog niet geleid tot een blijvend resultaat.
Twee weken later komt mevrouw op wondcontrole. Het valt mij op dat ze nog steeds op de modieuze laarsjes loopt. Wanneer ik er naar vraag, zegt ze dat ze wel sneakers heeft gekocht in een breedtemaat, maar dat zij ze nog moet inlopen. Vervolgens vertelt ze dat ze de hond nog steeds uitlaat met de laarsjes aan. Binnenshuis draagt mevrouw geen schoenen. Ik zie dat de wondjes wel wat verbeterd zijn, maar nog niet genezen. Mevrouw had verwacht dat de genezing sneller zou gaan. Ik leg haar uit dat door het blijven dragen van te kleine schoenen, de wondjes niet genezen, zeker als mevrouw twee keer per dag een langere wandeling met de hond maakt. De schoen blijft druk geven op de voet. Nu is dit voetprobleem nog op te lossen met bredere schoenen en is er nog geen aangepast orthopedisch schoeisel nodig.
Ik heb nogmaals met mevrouw besproken dat het van belang is goed passende schoenen te dragen om in de toekomst nieuwe wondjes te voorkomen. Mevrouw heeft een verminderde doorbloeding en deze kan in de toekomst verslechteren. Wanneer zij dan opnieuw wondjes krijgt, kan het weleens heel anders aflopen. Zo zie je maar hoe belangrijk het is om goed passende schoenen te dragen, want voorkomen is beter dan genezen!
Hetty van Lith-van Alphen, Wond- en dermatologieverpleegkundige Ziekenhuis Rivierenland en lid WCS Commissie Chirurgische wond en stoma
reageren: klik hier